Richtlijnen voor aanleveren meetdata bij doelsturing
Het verlenen van vergunningen voor emissiereducerende stalsystemen ligt volledig op zijn gat. Sensortechnologie moet dit proces weer vlot trekken. TNO heeft hiervoor richtlijnen opgesteld hoe dit praktisch uit te voeren is. Het brengt doelsturing voor veehouders weer een stapje dichterbij.
Het onderzoeksrapport van TNO is één van de onderzoeken die bij moeten dragen aan de realisatie van doelsturing. Wageningen UR heeft in januari van dit jaar een rapport gepubliceerd over hoe betrouwbare sensormetingen gedaan kunnen worden om de stalemissies te bepalen. Bureau KokxDeVoogd houdt zich op dit moment bezig met de wijze waarop doelsturing in vergunningen kan worden ingebracht. TNO heeft het tussenstuk gedaan: het verzamelen van meetdata via sensoren en de wijze waarop deze aangeleverd zou kunnen worden bij bevoegde instanties. De onderzoeken worden gedaan in opdracht van de ministeries LVVN en I&W.
Leerproces
“We zitten met z’n allen in een leerproces”, zegt Job Oostveen, consultant bij TNO. Het onderzoek dat hij met collega’s heeft uitgevoerd, bestond uit een deskresearch, interviews en interactieve sessies met relevante partijen. “Het is niet handig als iedereen het wiel gaat uitvinden en komt met losse oplossingen”, zegt Oostveen. “De discussie is nu gevoerd en hierop kunnen partijen doorbouwen.” Het onderzoek geeft richtlijnen aan maar is niet bindend. De vergunningverlener kan straks nog steeds zelf bepalen wat er in een vergunning komt te staan.
TNO adviseert om drie keer per jaar meetdata aan te leveren zodat toezichthouders op vaste momenten de data kunnen controleren. Het is aan de veehouder zelf om passende maatregelen te nemen om te zorgen dat hij de emissie op zijn bedrijf onder het vergunde emissieplafond houdt. In plaats van gedetailleerde metingen per uur, dag of week, wordt aanbevolen om alleen de opgetelde emissie per kwartaal te rapporteren. Voor het toezicht is er op dit moment geen noodzaak om in detail het verloop van de emissie te kennen, stelt TNO.
Emissiegetal
De onderzoekers kiezen er voor om de startdatum van de monitoring altijd op de eerste dag van een nieuw kwartaal te laten beginnen. Van elk kwartaal wordt een emissiegetal berekend (de som van de emissie over drie maanden). Na zes maanden levert de veehouder de emissiegetallen van de eerste twee kwartalen aan. Na afloop van maand negen volgt het derde emissiegetal en na twaalf maanden het vierde. Naast de vier emissiegetallen moet de veehouder - als het aan TNO ligt - ook een jaarvoorspelling aanleveren. Deze aanvullende informatie biedt het bevoegd gezag de mogelijkheid om te bepalen wat het risico op overschrijding van het emissieplafond is.
Lees ook
Meest gelezen
Agenda
-
Er zijn momenteel geen evenementen gepland