%E2%80%98Onze+ambities+staan%2C+de+manier+waarop+we+ze+bereiken%2C+kunnen+we+aanpassen%E2%80%99%C2%A0
Nieuws

‘Onze ambities staan, de manier waarop we ze bereiken, kunnen we aanpassen’ 

De sectorvisie VealForward is aangeboden aan leden van de vastekamercommissie Landbouw. De sector is nu aan zet om de visie in de praktijk inhoud te geven. Ruth Bouwstra, vicevoorzitter van brancheorganisatie SBK en director corporate affairs & quality bij VanDrie Group, licht de speerpunten toe.

De visie gaat uit van doelsturing om resultaat te boeken. Kun je dat toelichten?
“Hoe we willen werken is dat we aan de hand van het monitoren van kritische parameters onze doelen willen halen op het gebied van diergezondheid, dierenwelzijn, transport, klimaat en milieu. De ondernemers zijn aan zet om de doelen gezamenlijk met alle betrokken partijen te behalen. Zo ligt de verantwoordelijkheid bij de mensen die ook echt verandering kunnen realiseren omdat zij de kennis hebben over de dagelijkse praktijk.”
 
Centraal in het plan staat een goede zorg voor het kalf om zo het antibioticagebruik te drukken. Wat zijn de concrete doelen?
“Een goede zorg voor het kalf moet in 2032 leiden tot een antibioticagebruik dat met de helft gedaald is ten opzichte van 2022. Een longinfectie is een belangrijke reden voor antibioticagebruik. Het aantal longafwijkingen proberen we daarom in 2028 met 20 procent substantieel naar beneden te brengen. Voor het antibioticagebruik hebben we een goede benchmark; we weten precies wat er nu gebruikt wordt. Wat betreft de longgezondheid zullen we eerst met deskundigen overeenstemming moeten bereiken hoe we dat beoordelen. Met een goede definitie kunnen we een nulmeting uitvoeren en aan de slag met het monitoren.”

Kun je een paar praktische punten noemen die de sector gaat oppakken om de kalvergezondheid te verbeteren?
“Eén van de punten is om de gezondheidsstatus van de aangevoerde kalveren beter in beeld te hebben. Wat zijn de ziekteverwekkers die de dieren mogelijk bij zich hebben? Van veel melkveebedrijven is bekend wat de status voor bepaalde ziekten is. Door dieren met eenzelfde gezondheidsstatus bij elkaar te houden op een kalverbedrijf, bijvoorbeeld BVD-vrij en IBR-vrij, kun je al een stap maken. Dit betekent echter ook dat een enkel kalverbedrijf wellicht minder scoort, omdat daar dieren komen met een hoger risico. Maar omdat je dit weet, kun je hierop anticiperen.”

Een goede zorg voor het kalf begint feitelijk op het melkveebedrijf.
“Het geven van goede zorg betekent dat er in de hele keten aan een aantal basisprincipes wordt voldaan. Het streven is dat vanaf 2026 kalveren pas verplaatst worden naar de kalverhouderij als het kalf aantoonbaar goed verzorgd is. Dit betekent een goede biestgift, een klinisch gezond kalf dat zelfstandig kan eten en drinken en al enige mate van eigen afweer heeft opgebouwd. Het gaat ons dus niet om het aantal weken of dagen leeftijd maar om de gezondheid. We zien met de Duitse kalveren van 28 dagen dat het niet per definitie beter gaat. Wel dat de verschillen tussen kalveren groter zijn. Een aantoonbaar goede verzorging is het uitgangspunt. Pas daarna kun je praten over een hogere transportleeftijd.”

Hoe kijkt de melkveehouderij hier tegenaan?
“Samenwerken in de keten is voor ons belangrijk. Wat is haalbaar en betaalbaar? Het optimaliseren van de overgang van melkveebedrijf naar kalverhouderij vraagt een gezamenlijke inspanning. We zijn met de melkveehouderij in gesprek om te kijken of we onderdelen uit ons plan kunnen oppakken en hoe we zaken kunnen borgen, bijvoorbeeld met registraties. Ook voor ons brengt dit veranderingen met zich mee. Want als melkveehouders gegevens aanleveren, zullen wij moeten laten zien wat hun inspanningen opleveren. Zo’n systeem van informatie-uitwisseling zal op termijn bruikbaar moeten zijn voor de hele sector en dus makkelijk uit te voeren. Bij voorkeur haken we aan bij bestaande systemen, anders moeten we iets nieuws opzetten.”

Een ander belangrijk speerpunt in het plan is dierenwelzijn. Wat zijn daar de speerpunten?
“Bij dierenwelzijn gaat het om meer (leef)ruimte per dier, zachte vloeren en bijvoorbeeld het plaatsen van schuurborstels. Deze zaken zijn onder andere benoemd in de gesprekken die gevoerd zijn omtrent het convenant dierwaardige veehouderij. Weliswaar staan we al hoog op de ladder als het om dierenwelzijn gaat, maar we kunnen nog meer stappen zetten. Wat betreft de leefruimte per dier is er nog wel onderzoek nodig. Door kalveren meer leefruimte te geven, bijvoorbeeld door groepen groter te maken, neemt ook de kans op infecties toe, en eventueel trauma’s die sneller ontstaan in grote groepen dan in kleine groepen. We willen daarom onderzoek doen naar de optimale groepsgrootte.”

Worden al die onderzoeken door de overheid gezien als een vorm van tijdrekken?
“Nee, want we gaan geen tijdrekken om onze doelen te halen. Onze ambities staan. Ook staat aangegeven welke KPI’s we gebruiken om te monitoren of we de doelen halen. Aanpassingen en verbeteringen die we nu al kunnen doen, gaan we doen. Zaken die we nog niet weten, gaan we onderzoeken. Dat is ook de kracht van het plan: de doelen staan vast maar we willen wel regie houden over de uitvoering met een eigen onderzoeksprogramma. Op basis van voortschrijdend inzicht zouden we de manier waaróp we de doelen willen halen kunnen aanpassen, niet de doelen zelf.”

Wat staat er in het plan over het verminderen van emissies?
“Concreet staat er in dat we een gezonder stalklimaat willen door brongericht de emissies te verminderen. Zowel op het gebied van stikstof als CO2 willen we 50 procent minder uitstoten. Belangrijk is wel dat we best practices met elkaar delen. Want eenzelfde stalsysteem kan op bedrijfsniveau verschillende emissies geven. Metingen op bedrijfsniveau zullen nodig zijn om de emissie te kunnen benchmarken.”

Een bijzonder doel in het plan is de verdubbeling van de consumptie van kalfsvlees in Nederland in 2030. Is het niet lastig om een cultuuromslag in Nederland teweeg te brengen?
“Door het te benoemen, gaan we er mee aan de slag. Het verhogen van de consumptie kan met kalfsvlees, maar ook met rosé of jong rund. Belangrijk is om de kalverhouderij overal positief voor het voetlicht te brengen. Consumenten die zuivel kopen, moeten we zien te bewegen om ook vlees uit diezelfde keten te kopen. En het is gewoon een lekker en gezond product, dus dat helpt.”

Heb je er vertrouwen in dat het sectorplan haalbaar is en ook in Den Haag wordt geaccepteerd?
“Ja, ik ben heel positief. Doordat we zelf aangeven dat we met deze pijlers ambitieuze stappen willen zetten, is dat een zeer goede basis om het gesprek aan te gaan en de samenwerking op te zoeken. Het hele plan is erop gericht om vooruit te gaan. Dan kom je uiteindelijk linksom of rechtsom bij je doel uit.”

Agenda

    Er zijn momenteel geen evenementen gepland

Meer agenda

De Stoppersregeling

Alle antwoorden op veel gestelde vragen

Klik hier

Stelling

Loading

Weer

  • Zaterdag
    4° / 0°
    10 %
  • Zondag
    5° / 1°
    10 %
  • Maandag
    9° / 6°
    5 %
Meer weer