Zonder investering ammoniakemissie verlagen

Startpunt is het verwijderen van mest uit de mestkelder en vervolgens het plaatsen van ammoniumarm water in de mestkelder, dat vrijkomt uit de mestverwerking van SMG.

Het onderzoek valt uiteen in drie projecten: stallen met diepe kelders, stallen met halfdiepe kelders en stallen met ondiepe kelders. Binnen elk project wordt er onderzoek gedaan op twee kalverbedrijven.

De diepe kelders zijn ongeveer 1 meter tot 1,20 meter diep. Na het verwijderen van de mest wordt de kelder half vol ammoniumarm water gezet. De inschatting is dat aan het einde van de ronde het water en de mest een verhouding hebben van één op één. Na afloop van de mestronde wordt de verdunde mest volledig afgevoerd. Verdunnen van mest betekent een lagere concentratie ammonium in de mest waardoor er minder emissie zal ontstaan.

Ook de half diepe kelders worden voor de helft gevuld met ammoniumarm water uit de mestverwerking van SMG. Het is de verwachting dat deze kelders gedurende een ronde één keer ververst moeten worden (mest eruit, ammoniumarm water erin). Bij de ondiepe kelders zal de verversing waarschijnlijk vaker plaatsvinden. Onderzoek moet dat uitwijzen.

Als de proef slaagt kunnen meer kalverhouders deelnemen. “Afhankelijk van de behoefte kunnen alle kalverhouders die mest leveren aan SMG hiervan gebruik gaan maken”, zegt Herbert van Veen, zaakvoerder bij SMG. “Het onderzoek moet uitwijzen wat de mogelijkheden zijn.” Hij verwacht dat bij opschaling het eenvoudiger wordt om het transport efficiënt te plannen. Bijvoorbeeld door bij een kalverhouder ammoniumarm water te leveren en bij de buurman mest op te halen.

SMG werkt binnen het project samen met VanDrie Group; de contractgever van de meeste kalverhouders die deelnemen aan het onderzoek. Daarnaast zal onderzoek worden uitgevoerd bij een kalverhouder waarvan Klaremelk de contractgever is.

Totaal is 720.000 euro subsidie toegekend. Het geld maakt onderdeel uit van de 10 miljoen euro die de provincie Gelderland beschikbaar heeft gesteld aan de kalversector voor onderzoek naar innovaties die stalemissies beperken. Van Veen geeft aan dat de subsidie slechts een deel van de kosten dekt en dat er nog gezocht wordt naar aanvullende financiering voor uitvoering van het onderzoek.