Prijsverschil jong en oud rosé te klein
Al bijna twee jaar zit er nauwelijks verschil tussen de opbrengstprijs van jong en oud rosé. Voor een gelijk financieel rendement moet het verschil minimaal 9 cent per kilo zijn ten voordele van jong rosé. Bij opzet van duurdere nuka’s stijgt dat zelfs naar 16 cent.
Hoe groot moet het verschil in opbrengstprijs zijn tussen jong en oud rosé voor een vergelijkbaar rendement? In de rosésector is dit een populair onderwerp, maar het antwoord hierop is minder eenvoudig te geven. In 2009 - toen jong rosé een eigen notering kreeg na de totstandkoming van de kalfsvleesdefinitie - werd er gesproken over een benodigd verschil van 30 cent per kilo geslacht gewicht. In 2013 heeft Abab Accountants een onderzoek gepubliceerd waaruit blijkt dat een gemiddeld verschil van 13 cent voldoende is voor een gelijkwaardig rendement.
Met een gemiddeld verschil van 16 cent over de laatste tien jaar, lijkt het gat tussen beide categorieën voldoende groot. Het venijn zit echter in de staart (zie grafiek). Het verschil tussen jong en oud rosé is gedurende deze periode (2014-2024) bijna lineair afgenomen: van 24 cent in 2014 naar 0 cent in 2024. Je zou dus verwachten dat het rendement op bedrijven met jong rosé de laatste paar jaar duidelijk te laag is geweest ten opzichte van oud rosé.
Nuka-prijs grootste invloed
Om de proef op de som te nemen, heeft De Kalverhouder een kostprijsberekening gemaakt met de actuele nuka-, voer- en mestprijzen van 2024. De nuka-prijs blijkt de grootste invloed te hebben op het benodigde opbrengstverschil tussen jong en oud rosé. Immers de aankoop van een kalf moet over veel minder kilogrammen vlees terugverdiend worden. Daar tegenover staat dat houders van jong rosé sneller een koppel leveren en dus gemiddeld genomen meer rondes maken per jaar (1,63 jong t.o.v. 1,27 oud).
Het voerpakket heeft een mindere grote invloed op het rendement dan voorheen. Dit komt met name door de beperkte beschikbaarheid van bijproducten waaronder aardappelsnippers, broodmeel en dergelijke. Deze producten werden volop ingezet bij oud rosé, waarmee zij een kostprijsvoordeel ontwikkelden. Maar de laatste jaren komen bijproducten in veel kleinere hoeveelheden beschikbaar. Ook hun prijs is relatief hoog. Het verschil in grondstoffen en rantsoenprijs tussen oud en jong is daardoor veel minder groot dan in het verleden.
Twee kostprijsberekeningen
De Kalverhouder heeft twee kostprijsberekeningen gemaakt: met de nuka-prijs van 19 juli (week 29) toen een kalf 259 euro kostte en met een nuka-prijs van 13 september (week 37) toen een kalf 190 euro kostte. Om alle kosten betaald te krijgen (inclusief de overige toegerekende kosten) moet een jong rosékalf dat in week 29 is opgezet in februari 2025 minimaal 5,45 euro per kilo opbrengen. Als datzelfde kalf in april 2025 als oud rosé geslacht zou worden, moet het 5,29 euro per kilo opbrengen. Een verschil van 16 cent.
Bij de opzet van het goedkopere kalf in week 37 is het benodigde prijsverschil 9 cent per kilo (5,03 jong, 4,94 oud). Het gemiddelde verschil over een jaar van 13 cent zoals Abab in 2013 berekende, lijkt daarmee nog steeds actueel te zijn. Conclusie is dan ook dat houders van jong rosé de laatste twee jaar te weinig geld hebben gekregen voor hun dieren.
Leegstand geen optie
Toch is het voor kalverhouders met meerdere leeftijden jong rosé lastig om te switchen van jong naar oud. Hun verdienmodel is gebaseerd op planmatig werken, met vaste opzetmomenten en een protocollaire werkwijze om een maximale groei te realiseren. Het schuiven met een koppel van jong naar oud rosé, gooit hun opzetschema en manier van werken in de war.
Anderen opperen om meer leegstand te creëren bij jong rosé zodat de vleesprijs stijgt. Volgens hen zijn voerfirma’s te fanatiek met voergeldcontracten voor eigen gewin en overvoeren ze daarmee de markt van jong rosé. Tegenstanders laten weten hier geen heil in te zien. Een kalverhouder laat weten: “Ik heb vijf leeftijden in verschillende stallen. Dan zou ik steeds een stal leeg moeten laten. Dat kost nog meer geld. Het beste is om gewoon door te doen, zonder leegstand.”
Opbrengstprijs zelf opkrikken
Kalverhouders met jong rosé die hun zaakjes goed voor elkaar hebben, kunnen hun opbrengstprijs ook verhogen door zwaardere kalveren te leveren. Roséintegratie BKC/Veal Fine betaalt kalveren met een karkasgewicht boven de 175 kilo extra uit: 2 cent voor elke kilo tussen 175 en 180 en 1 cent voor elke kilo boven de 180. Ook andere slachterijen denken na over hogere uitbetaalprijzen voor zwaardere jonge rosés. Kalverhouders hebben daarmee zelf het stuur in hand om hun opbrengstprijs op te krikken.
Dit artikel is zaterdag 12 oktober verschenen in vakblad De Kalverhouder.
* t/m week 34
Lees ook
Meest gelezen
Agenda
-
Er zijn momenteel geen evenementen gepland