Nieuw blauwtongvirus in Nederland

Dit serotype is nog niet eerder voorgekomen in Nederland, maar heerst wel in andere landen buiten Europa. Minister Wiersma van landbouw heeft aanvullend onderzoek uitgezet om de situatie in kaart te brengen. Ze verwacht binnen een week meer informatie te kunnen geven zodat de vragen en zorgen van betrokken veehouders en de sector beantwoord kunnen worden.

Nader onderzoek nodig
Om de verspreiding van dit type blauwtong (BTV-12) in kaart te brengen, is door Wageningen Bioveterinary Research (WBVR) nader onderzoek gestart. Ruim 1.400 monsters, ingestuurd sinds 1 september, worden in retrospectief onderzocht. De eerste resultaten worden midden volgende week verwacht en geven inzicht in de verspreiding van BTV-12 in Nederland. Daarnaast zullen alle verdachte blauwtongmonsters vanaf nu extra worden onderzocht om te bepalen of het gaat om BTV-3 en/of een ander serotype, zoals BTV-12.

Wiersma heeft daarnaast de Deskundigengroep Dierziekten bij elkaar geroepen om de situatie te bespreken. Verder is onderzoek gestart naar de bron en mogelijke insleeproute van dit nieuwe serotype, alhoewel niet zeker is of deze achterhaald kan worden. Eerdere onderzoeken bij BTV-8 en BTV-3 leverden geen sluitende resultaten op over de herkomst. Op dit moment is er geen vaccin beschikbaar voor serotype 12. Er is nog onvoldoende informatie over de verspreiding en het ziektebeeld om te kunnen vaststellen of een nieuw vaccin nodig is. Het ministerie heeft vaccinproducenten echter uit voorzorg al op de hoogte gebracht van deze nieuwe variant.

Meldingsplichtige dierziekte
Houders wordt geadviseerd om alert te blijven op mogelijke symptomen bij hun dieren. Blauwtong is een meldingsplichtige dierziekte, en deze uitbraak toont aan dat het belangrijk is om verdenkingen te blijven melden bij de NVWA. Door de uitbraak van BTV-12 zijn er slechts twee mogelijkheden om blauwtonggevoelige niet-slachtdieren te verplaatsen naar andere lidstaten, namelijk via een tegen vectoren (knutten) beschermde inrichting of volgens de voorwaarden van de door het betreffende lidstaat opgestelde protocol. Dit houdt in minimaal veertien dagen bescherming tegen aanvallen van knutten in combinatie met een negatieve PCR-test.

België, Duitsland en Luxemburg
Niet-slachtdieren die naar België, Duitsland of Luxemburg verplaatst worden, moeten vanaf heden ook voldoen aan de voorwaarden van minimaal veertien dagen bescherming tegen aanvallen van knutten in combinatie met een negatieve PCR-test, zoals beschreven in de protocollen van die landen.

(foto ter illustratie)