Kamer wil per 1 januari 2026 status BVD-vrij

Dit gebeurde tijdens het laatste Kamerdebat van demissionair LNV-minister Adema. Alle honderdvijftig leden van de Tweede Kamer stemden in met de motie. Holman en Vedder geven aan dat de BVD-vrije status zorgt voor een grote daling in het antibioticagebruik in de keten en bijdraagt aan een hogere gezondheid van de rundveestapel. Ook daalt de kalversterfte.

Al flink afgebouwd
Vanaf de voorgestelde datum zouden er geen dieren meer mogen komen uit landen die geen BVD-vrije status hebben. Voor de kalverhouderij betekent dit in de praktijk geen import uit Oost-Europese landen en de Baltische staten. De kalverhouderij heeft de import uit deze landen al flink afgebouwd. In 2023 kwam slechts 1,5 procent van alle geïmporteerde kalveren uit deze landen. In 2024 is dit verder gedaald tot nagenoeg nul.

Holman stelt dat motie aansluit bij de toekomstvisie die de kalverhouderij onlangs aan Tweede Kamerleden heeft aangeboden: "Ik vind het heel positief wat de kalverhouderij doet. Ik zou daar nog de uitdaging bij willen neerleggen om niet af te wachten tot we BVD-vrij zijn en een officieel programma hebben." Ook het op termijn stoppen van de import uit Ierland ziet hij als een versnelling van de wens om ziektevrij te worden. Dit land valt op termijn af als importland vanwege IBR.

Tijdlijn nader bekijken
In zijn reactie op de motie liet Adema weten dat er nog haken en ogen aan de tijdlijn zitten die wordt voorgesteld in de motie van Holman en Vedder. Na het zomerreces komt er een brief naar de Tweede Kamer waarin een nadere beschrijvng staat van de haalbaarheid van die datum.