Koeien meest effici?nt met eiwit
Koeien die veel gras vreten, geven meer eetbare eiwitten in de vorm van melk of vlees dan dat ze eetbaar eiwit vreten.
Varkens en legkippen vreten ongeveer evenveel humaan eetbaar eiwit dan ze als varkensvlees of eieren leveren. Vleeskuikens blijken meer humaan eetbaar eiwit te gebruiken dan ze teruggeven, voornamelijk omdat er in hun voeder veel granen zitten.
Dit is de conclusie van het Belgisch onderzoeksinstituut ILVO in samenwerking met de Belgian Feed Association. De onderzoekers wilden weten hoe het met de eiwitcompetitie tussen mens en landbouwdieren staat. Vanuit de veevoersector is er behoefte aan inzicht in een beter rendement op het gebied van eiwit en de impact van de veehouderij op de omgeving en voedselketen.
Op basis van de voersamenstellingen hebben de onderzoekers het eetbaar eiwitgehalte van elk van de verschillende grondstoffen bepaald. Vervolgens is voor elk productiesysteem de verhouding bepaald van het geproduceerde humaan eetbaar dierlijk eiwit ten opzichte van het door de dieren geconsumeerde humaan eetbaar eiwit en verkregen eetbaar eiwit. Hiermee ontstaat inzicht in de eiwitefficiëntie per diersoort en voedersysteem.
Is de score lager dan 1, dan is het dier een netto consument van humaan eetbaar eiwit. Is de waarde groter dan 1, dan wordt er meer humaan eetbaar dierlijk eiwit geproduceerd dan er eetbaar plantaardig eiwit voor is gebruikt. In dat geval levert het dier een positieve bijdrage aan de productie van eiwitten voor menselijke consumptie.
De eetbaar eiwitefficiëntie voor de rundveesector is flink groter dan 1. Dat betekent dat de rundveesector een netto producent is van eetbaar eiwit. De runderen maken dus veel eiwitten beschikbaar die anders niet door de mens gegeten kunnen worden. Het extensieve rundveesysteem scoort zowel voor vleesvee als melkvee het hoogst in eetbaar eiwitefficiëntie omwille van het groot aandeel ruwvoeder en vooral gras in het rantsoen van de dieren.
Varkens en leghennen hebben een eetbaar eiwit efficiëntie die net onder 1 ligt. Deze diersoorten worden nipt beschouwd als netto consumenten van eetbaar eiwit. "Er is een duidelijke logica: naarmate meer grondstoffen met een laag aandeel eetbaar eiwit gevoederd worden, kan ook de varkens– en pluimveesector een positieve bijdrage leveren aan de productie van eetbaar eiwit," zegt Leen Vandaele, senior ILVO-onderzoeker.
De Belgische veevoersector wil tegen 2030 de helft van het voer laten komen uit circulaire nevenstromen die niet meer geschikt zijn voor menselijke voeding. Dat is nu 43 procent. Daarnaast wil de sector nog meer eiwitbronnen gebruiken die niet door de mens geconsumeerd worden, zoals bijvoorbeeld afgekeurde erwten, lupine en insectenmeel.
Diersoort - voermethode | Eetbaar eiwitefficiëntie |
Vleesvarkens | 0,87 |
Vleeskuikens | 0,61 |
Leghennen | 0,86 |
Melkvee - intensief maisrijk rantsoen | 1,22 |
Melkvee - intensief grasrijk rantsoen | 1,71 |
Melkvee - extensief grasrijk rantsoen | 3,13 |
Vleesvee - extensief grasrijk rantsoen | 1,34 |
Vleesvee - intensief maisrijk rantsoen | 0,93 |
Lees ook
Meest gelezen
Agenda
-
Er zijn momenteel geen evenementen gepland