De nieuwe regels voor de teelt van mais zijn niet werkbaar, klagen rosékalverhouders. Het levert geen milieuwinst op maar wel veel ergernis.
Rosékalverhoudes willen mais met een drogestofpercentage van rond de 40 procent. Dan zit er maximaal zetmeel in de kolf en levert de plant ook een goede bijdrage aan de ruwe celstof in het rantsoen. Dit houdt voor de meeste kalverhouders in dat ze pas in de eerste helft van oktober oogsten.
Onderzaai van gras is de enige optie voor hen om te voldoen aan de eisen van het zaaien van een vanggewas. In 2016 tot 2018 heeft Proefbedrijf Vredepeel onderzoek gedaan naar de mogelijkheden. De algemene conclusie luidt dat met de huidige kennis onderzaai slechts één keer in de twee jaar slaagt.
Rosékalverhouder en LTO-vakgroeplid Hans Lammers ergert zich aan het feit dat er geen milieuwinst behaald gaat worden. Een geslaagd vanggewas telen, vindt hij belangrijk. De teelt van rogge of Italiaans raaigras na de maisoogst in oktober lukt altijd, stelt hij. Nu hij voor onderzaai moet kiezen, neemt de kans op een geslaagd vanggewas af. “Er is dus geen milieuwinst maar milieuverlies, met daarnaast heel veel ergernis.â€
Later dit jaar vindt er een gesprek plaats met het ministerie van landbouw over de huidige teeltmaatregelen. LTO Nederland zal haar bevindingen en adviezen meedelen. Kalverhouders die tips, aanbevelingen en foto’s van een geslaagde of niet-geslaagde teelt van een vanggewas hebben, kunnen dit doorsturen naar info@dekalverhouder.nl. De informatie kan gebruikt worden voor de evaluatie.
In De Kalverhouder die zaterdag 15 juni verschijnt staat een uitgebreid artikel over dit onderwerp.
Lees ook
Meest gelezen
Agenda
-
Er zijn momenteel geen evenementen gepland