Groningen droog, zuiden kletsnat

De neerslag is niet gelijkmatig verdeeld over het land. Vooral in het midden en zuiden is in mei meer dan 100 millimeter gevallen en op sommige plaatsen nadert de teller volgens de weersite zelfs de 200 millimeter. In het noordoosten daarentegen is het een flink stuk droger met in Groningen op veel plaatsen minder dan 50 millimeter.

Tweede natte lente op rij
Vorig jaar was de lente (maart, april, mei) ook kletsnat met gemiddeld over het land 225 millimeter. Sinds de neerslagmetingen begonnen in 1906 is het pas negen keer eerder voorgekomen dat er gemiddeld over het land meer dan 200 millimeter valt in de maanden maart, april en mei. Mei is doorgaans juist de droogste periode van het jaar, meldt Weeronline.

Niet alle lentemaanden waren kletsnat. Maart was bijvoorbeeld een iets te droge maand met 48 millimeter tegen 58 normaal. April was recordnat met 93 millimeter en ook in mei staan de hemelsluizen regelmatig wijd open. Gemiddeld over het land is in mei al 95 millimeter gevallen tegen 58 normaal en de komende dagen komt daar nog wat bij.

Nog mais zaaien
Het overtollige water heeft een grote invloed op het groeiseizoen van mais - het belangrijkste voer voor rosékalveren. Een belronde langs kalverhouders in het zuiden en oosten van het land leert dat de laatste mais vorige week gezaaid is, tot kalverhouders die nu nog de helft van de mais moeten zaaien. Een rosékalverhouder laat weten nog minimaal twee droge weken nodig te hebben om het land überhaupt te kunnen bewerken: "Het is de vraag of mais zaaien dan nog zin heeft. Zelfs van vroege mais zal de voederwaarde tegenvallen."

Ook heeft het natte weer gevolgen voor de mestafzet. Door het natte voorjaar houdt de afzet al niet over. Daar komt nu deze kletsnatte meimaand nog bij. Op het land wordt er nauwelijks gewerkt - op het graven van greppels na om het water af te laten. Dit betekent ook dat de mestputten opnieuw niet leegkomen. Mesttransporteurs vragen intussen weer de hoofdprijs om de mest af te voeren.