ABN Amro: stimuleer investeren in mono-mestvergisting

Hiervoor moeten veehouders vooral stabiele en voorspelbare inkomsten kunnen halen uit SDE-subsidies of groencertificaten. “Het voornemen van het kabinet tot een bijmengverplichting van 1,6 miljard kuub groen gas voor energieproducenten kan hierbij helpen", zegt Pierre Berntsen, directeur Agrarische Bedrijven, "maar dit is vooralsnog geen werkelijkheid."

Bij gelijkblijvend overheidsbeleid bedraagt de potentie voor groengas uit mono-mestvergisting vanaf 2030 0,26 miljard kuub per jaar. Onder gunstige omstandigheden is een productie tot 0,44 miljard kuub haalbaar, schetst de bank. “Hier liggen kansen om zowel de samenleving als de veehouderij te vergroenen."

Om het biogaspotentieel vanuit de landbouw te benutten, dient de overheid de juiste voorwaarden te creëren. Onder andere door het versnellen van vergunningverlening voor stalsystemen met dagelijkse ontmesting. Deze systemen verlagen de methaanuitstoot uit de stal tot 90 procent en die van stikstof met 40 procent. Ook is Europese erkenning van bedrijfseigen meststoffen (Renure meststoffen) van belang, omdat hiermee mineralen op het eigen bedrijf behouden blijven en de aankoop van kunstmest wordt verminderd.

In geval van mono-mestvergisting wordt biogas gewonnen uit pure mest. Hierna kan het biogas worden omgezet in groengas of in stroom, via een warmtekrachtkoppeling (WKK). Dit betekent dat de overheid ook de transportcapaciteit van gasnetwerken moet vergroten, evenals de aansluitcapaciteit op stroomnetwerken.

Door de levering van groengas kan de veehouderij helpen bij het verminderen van het gebruik van fossiele energie in Nederland. Zo levert de mest van twee koeien voldoende groen gas om een gemiddeld huishouden van gas te voorzien. Samen met het verminderen van de directe uitstoot van methaan uit mest, daalt de broeikasgasuitstoot per liter geproduceerde melk met minstens 17 procent.