Alleen BVD-vrij of onverdacht kalf naar kalverhouderij

Vanaf 1 januari 2024 kunnen alleen kalveren die geen BVD-drager zijn worden overgedragen naar de kalverhouderij. Dat betekent dat vanaf die datum alleen BVD-vrije of –onverdacht rundveebedrijven kalveren kunnen afzetten.

Rundveebedrijven die nog niet BVD-vrij of BVD-onverdacht zijn kunnen hun kalveren alleen nog overdragen als ze via een oorbiopt of bloedmonster kunnen aantonen dat het betreffende kalf geen BVD-drager is. Dit betekent dat rundveebedrijven met status 'observatie', ’in onderzoek’, 'onbekend' of 'besmet' alleen nog kalveren kunnen afzetten als het kalf op het moment van ophalen een gunstige BVD uitslag van het kalf overlegd kan worden.

De BVD-status van een rundveebedrijf wordt toegevoegd aan het Kalf Volg Systeem (KVS): het kwaliteitssysteem van melkvee- en kalverhouderij dat in 2018 in het leven is geroepen om de zorg voor jonge kalveren te verbeteren. Het geeft onder andere aan waar het kalf na het melkveebedrijf gestald wordt. Handelaren mogen alleen nog kalveren ophalen bij een melkveehouder die voldoen aan de nieuwe BVD-eisen.

Het nieuwe BVD-reglement heeft ook consequenties voor kalveren uit andere landen. Die mogen alleen nog geïmporteerd worden uit BVD-vrije landen/gebieden of landen/gebieden zonder een hoog BVD-risico. Van de huidige importlanden voldoen Duitsland, België, Luxemburg, Denemarken en Ierland hieraan. Oost-Europese landen en de drie Baltische staten vallen af.

In juni van dit jaar start een test met het KVS. In het registratiesysteem wordt van elk kalf dat handelaren/transporteurs meenemen de BVD-status geverifieerd en geregistreerd. Dit gebeurt pas na het afgeven van een machtiging in JoinData door de rundveehouder. Tijdens de test mogen alle kalveren nog worden afgezet volgens de huidige eisen.

Na de test wordt het systeem waar nodig geoptimaliseerd en klaargemaakt voor alle rundveehouders. Rundveehouders kunnen intussen een machtiging afgeven voor het doorspelen van de BVD-status naar KVS.