Invloed transport van beperkte duur

In opdracht van de brancheorganisatie SBK en het ministerie van LNV heeft Wageningen University and Research onderzoek gedaan naar de invloed van transport op jonge kalveren. Er is onder andere gekeken naar de transportduur (zes uur of achttien uur) en voeding voorafgaand aan het transport (1,5 liter melk of elektrolyten).

Geconcludeerd kan worden dat melkgevoerde kalveren na een transport van zes uur meer direct opneembare voedingsstoffen tot hun beschikking hadden - en hun spierreserves niet hebben aangesproken - dan de dieren die bij aanvang van het transport elektrolyten hebben gedronken.

Bij kalveren die achttien uur onderweg zijn geweest, hebben de onderzoekers geen verschillen aangetoond tussen melk en elektrolyten. Melk is dus wel een extra energievoorziening bij kort transport, maar bij lang transport schiet de de beschikbare energie vanuit de melk ook tekort. Wel hadden elektrolyten gevoerde kalveren hun lichaamsreserves meer aangesproken om in hun energiebehoefte te voorzien.

Verder werd duidelijk dat na zes uur transport de vetafbraak van kalveren lager is dan na 18 uur transport. Over het algemeen leken kalveren op het vleeskalverbedrijf snel te herstellen. Alle bloedparameters waren binnen 48 uur teruggekeerd op een niveau dat verwacht kan worden bij kalveren in rust.

Het herstel binnen 48 uur trad zowel op bij de kalveren die zes uur vervoerd waren als bij kalveren die achttien uur vervoerd waren. De invloed van het transport lijkt dus van beperkte duur.

Lees het volledige artikel over dit onderzoek in vakblad De Kalverhouder dat verschenen is op zaterdag 13 juni 2021.