NVWA pakt nalevingsmeting dierenwelzijn weer op

Voor kalverhouders is het belangrijk te weten dat er tijdens NVWA-controles op andere zaken wordt gelet dan tijdens de periodieke controles uitgevoerd door SKV. Als formele toezichthouder op dierenwelzijnseisen vanuit de overheid, controleren de NVWA-inspecteurs of kalveren gehouden worden volgens de richtlijnen in de Wet dieren en het Besluit houders van dieren.

SKV daarentegen is de private controleorganisatie van de sector. SKV toetst bij aangesloten kalverhouders de reglementen die zijn opgesteld door de sector zelf. Uit NVWA-controles die onlangs hebben plaatsgevonden, blijkt dat de NVWA onder andere de breedte van de eenlingboxen anders interpreteert dan SKV. Waar SKV een boxbreedte van 80 centimeter aanhoudt. Kijkt de NVWA specifiek naar de schofthoogte van het kalf.

Uitgangspunt daarbij is dat de schofthoogte van het kalf, overeen moet komen met de breedte van de eenlingbox. Voorheen werd daarbij nog een marge in ogenschouw genomen van 5 centimeter. Bij controles die onlangs hebben plaatsgevonden werd er niet over een marge gerept, maar strikt de schofthoogte als maatstaf gehanteerd.

Bij controles op dierenwelzijn kijkt de NVWA onder andere ook naar de hoogte van de tussenhekjes bij eenlingboxen, troglengtes, stroefheid van de vloer en de waterdruk in de waterleiding. Ondanks navraag bij de NVWA is op dit moment niet duidelijk wat exact de normen zijn waaraan de verschillende onderdelen moeten voldoen.