
Glycerol, glucose en fructose zijn goede alternatieven om lactose in kalvermelk te vervangen. Hiermee kan de kalvermelkindustrie het voerpakket goedkoper maken.
Dat is de conclusie van het promotieonderzoek van Myrthe Gilbert aan Wageningen Universiteit. Er is nog wel meer onderzoek nodig om haar bevindingen praktijkrijp te maken.
Kalvermelk bevat 40 tot 50 procent lactose. Dit is de belangrijkste energiebron voor vleeskalveren. Lactose wordt door kalveren goed verteerd, maar is een dure energiebron, aangezien de prijzen voor weipoeder hoog zijn en sterk fluctueren. Bovendien kunnen zware kalveren bij een hoge lactoseopname problemen krijgen met hun glucosehomeostase en insulinegevoeligheid.
Er is daarom behoefte aan alternatieve energiebronnen die deze nadelige effecten niet hebben. Myrthe Gilbert onderzocht de effecten van lactosevervanging op nutriëntenvertering, fermentatie en metabolisme in vleeskalveren. Ze kwam tot de conclusie dat glucose, fructose en glycerol direct worden geabsorbeerd in de dunne darm. Glycerol kan het lactose in kalvermelk voor 100 procent vervangen, zonder dat de vertering met 10 procent afneemt. Voor glucose is dat 62 procent en fructose 10 procent.
In een vervolgexperiment verving Gilbert 50 procent van de lactose in kalvermelk door een combinatie van glycerol, fructose en glycerol in een mengverhouding van 2:1:2. Dit leidde niet tot negatieve effecten op de voerefficiëntie. Uit de onderzoeken blijkt dat zowel glycerol als glucose als een combinatie van glucose, fructose en glycerol (in een 2:1:2-ratio) perspectieven bieden als mogelijke lactosevervangers in kalvermelk.
Gilbert richtte zich ook op zetmeelbronnen als mogelijk alternatief. De verteringscapaciteit voor zetmeel bleek echter onvoldoende.
Lees ook
Meest gelezen
Agenda
-
Er zijn momenteel geen evenementen gepland