LTO gematigd positief over tussenverslag D66 en CDA

Volgens LTO bevat de voorgestelde stikstofaanpak meerdere elementen die aansluiten bij voorstellen die de organisatie eerder zelf heeft ingebracht, zoals een wettelijk stikstofdoel voor 2035, een tussendoel voor 2030 en de vervanging van de kritische depositiewaarde (KDW). Ook waardeert LTO dat er meer aandacht komt voor het meten van de feitelijke staat van de natuur. Daarnaast is de organisatie tevreden met de nadruk op doelsturing, waarbij boeren zelf kunnen bepalen hoe ze reductiedoelen behalen.

Tegelijkertijd noemt LTO de voorgestelde volgorde bij vergunningverlening zeer zorgwekkend. In het verslag staat dat pas nieuwe vergunningen mogelijk zijn als er voldoende stikstof is gereduceerd. Volgens LTO is juist een gelijktijdige aanpak essentieel: zonder vergunningen kunnen boeren niet investeren in emissiebeperkende maatregelen. Die juridische basis is eerder onderbouwd in het Houthoff-rapport, aldus de organisatie. LTO vindt het noodzakelijk dat het emissiedoel voor 2035 uiterlijk 1 juli 2026 wettelijk wordt vastgelegd via een spoedwet.

Dierwaardigheid ontbreekt
Opvallend genoeg blijft volgens LTO een belangrijk thema volledig buiten beschouwing: dierwaardigheid. Verdere stappen op dit gebied vergen volgens de organisatie vooral gunstige randvoorwaarden. Het plan om het stelsel van dierrechten uit te breiden naar alle landbouwhuisdieren noemt LTO voorbarig omdat de economische gevolgen per sector sterk kunnen verschillen. Ook de voorgestelde afroming van dier- en fosfaatrechten bij buitenfamiliaire overdracht wekt irritatie. Die aankondiging komt kort na het besluit van minister Wiersma om de bestaande afroming per 1 december juist te beëindigen. LTO spreekt van een voorbeeld van beleidsmatige wispelturigheid waar ondernemers onder lijden, en gaat ervan uit dat gemaakte afspraken worden nagekomen.

Werken aan productschappen 2.0
Tot slot is LTO tevreden dat het verslag het maatschappelijke en economische belang van de Nederlandse land- en tuinbouw benadrukt en pleit voor een robuust voedselsysteem. De organisatie juicht toe dat de uitvoeringskracht in de sector moet worden versterkt en dat de politiek dit in overleg met sectorpartijen verder wil uitwerken. LTO zegt graag mee te denken over deze beoogde productschappen 2.0.