BTV-12 verspreidt zich minder snel binnen bedrijven

In september 2024 werd bij een schaap blauwtongserotype 12 (BTV-12) aangetoond. Het was voor het eerst dat dit serotype in Europa werd gevonden. Onderzoek in de omgeving van het betreffende schapenbedrijf resulteerde in een tweede bedrijf met BTV-12 bij een koe en haar kalf. Nader onderzoek op ruim 2.500 bloedmonsters die tussen september en november 2024 zijn ingestuurd voor BTV-diagnostiek, resulteerde in nog eens acht rundveebedrijven en twee schapenbedrijven waar BTV-12 werd aangetoond.

Analyse van verschijnselen
Royal GD heeft vervolgens de mate van aanwezigheid van BTV-12 binnen de bedrijven waar dit virus werd gevonden in kaart gebracht. Daarnaast is er een evaluatie gemaakt of op deze bedrijven ook BTV-3 speelde en zijn de klinische verschijnselen van blauwtong geanalyseerd. Het onderzoek was een samenwerking tussen Royal GD, Utrecht Universiteit en WBVR.

Geconcludeerd kan worden dat BTV-12 slechts in beperkte mate is verspreid binnen de met BTV-12 besmette bedrijven. Door de lage binnenbedrijfsprevalentie aan het einde van 2024, in combinatie met het feit dat acht van de tien bedrijven tevens besmet waren met BTV-3, was het niet mogelijk om klinische verschijnselen ten gevolge van besmettingen met BTV-12 te onderscheiden van die door BTV-3.

Co-infecties mogelijk
Twee keer werd een co-infectie met BTV-12 en BTV-3 vastgesteld, waaruit geconcludeerd kan worden dat co-infecties mogelijk zijn. Voor verschillende serotypen van het BTV valt geen of hooguit zeer beperkte kruisimmuniteit te verwachten. Op basis van dit onderzoek lijkt BTV-12 zich minder efficiënt te verspreiden dan BTV-3.