Nieuwe opkoopregeling betaalt 120 procent van bedrijfswaarde

Piekbelasters kunnen ook kiezen voor verplaatsing of innovatie. Het aanbod geldt voor agrariërs maar ook voor andere bedrijven. De stikstofruimte die vrijkomt, wordt ingezet voor de PAS-melders. Het kabinet kiest hierbij voor dezelfde route als stikstofbemiddelaar Remkes. Wel is de groep bedrijven veel groter dan de zeshonderd uit het voorstel van Remkes.

Alle drieduizend bedrijven worden benaderd, maar het kabinet gaat er van uit dat niet alle bedrijven meedoen aan de opkoopregeling. Wat het kabinet schaart onder de definitie van piekbelaster is op dit moment nog niet bekend. De algemene systematiek is dat het gaat om de totale stikstofemissie op stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden. Dat betekent dat de regeling vooral zal gelden voor bedrijven rondom kwetsbare natuur.

Volgens landbouwwoordvoerders is het echter de vraag of 120 procent uitnodigend genoeg is voor bedrijven. Wie en wat de marktwaarde bepaalt is daarbij cruciaal. Zeker voor bedrijven die nu oudere stallen hebben en voor een investering staan. 120 procent betalen voor een oude stal, levert voor de meeste boeren onvoldoende op. Ook is niet duidelijk of de opgekochte boer zijn grond mag behouden en of er een beroepsverbod gekoppeld is aan de regeling.

Vrijdag 24 november 2022 komt het kabinet met nadere informatie. Volgens bronnen krijgen bedrijven die mee willen doen aan de vrijwillige opkoopregeling tot de zomer de tijd om zich daadwerkelijk in te schrijven. In het najaar van 2023 moet er dan duidelijkheid zijn over de daadwerkelijke stikstofwinst die met deze regeling gerealiseerd wordt.