Oudere kalveren waarschijnlijk robuuster

In opdracht van de brancheorganisaties SBK (kalverhouderij), ZuivelNL (melkveehouderij) en het ministerie van LNV, heeft Wageningen University and Research onderzoek gedaan naar de leeftijd waarop jonge kalveren het melkveebedrijf verlaten.

Dat jonge kalveren bevattelijk zijn voor ziekten komt waarschijnlijk ook omdat hun immuunsysteem nog niet volledig werkt. Op veertien dagen leeftijd is de weerstand die de jonge dieren van hun moeder hebben gekregen al afgenomen, terwijl de eigen weerstand tegen ziekteverwekkers nog aan het opbouwen is.

In dit onderzoek was de vraag aan de orde of verhoging van de leeftijd waarop kalveren op het kalverbedrijf worden aangevoerd er voor zorgt dat de dieren robuuster zijn en minder gezondheidsproblemen laten zien. De verwachting is dat wanneer kalveren langer op het melkveebedrijf verblijven, zij sterker en zwaarder zijn en een betere weerstand hebben opgebouwd.

Uit het onderzoek bleek dat de groei en de gezondheid van kalveren positief werden beïnvloed door de transportleeftijd. Het transport naar het kalverbedrijf op een leeftijd van 28 dagen resulteerde in een lager percentage kalveren dat individueel behandeld werd met medicijnen anders dan antibiotica, zoals ontstekingsremmers, multivitaminen en anticoccidiosemiddelen (-5,4%).

Hierbij moet worden aangetekend dat wanneer kalveren langer op het melkveebedrijf blijven, daar het gebruik van medicijnen toeneemt. Het percentage kalveren dat op het melkveebedrijf individueel werd behandeld met antibiotica of medicijnen anders dan antibiotica was namelijk hoger onder de kalveren die op 28 dagen naar het kalverbedrijf werden getransporteerd ten opzichte van de groep die op 14 dagen werden getransporteerd (respectievelijk +3.9% en +5.4%).

Een hogere transportleeftijd resulteerde ook in een hoger karkasgewicht in vergelijking met transport op veertien dagen leeftijd, ook wanneer gecorrigeerd wordt voor het verschil in levend gewicht bij opzetten van de kalveren (+12.8 kg). In deze proef is niet onderzocht waar dit verschil precies door is ontstaan. Waarschijnlijk hadden de oudere kalveren een hogere voeropname, en misschien waren er ook verschillen tussen de leeftijdsgroepen in voerefficiëntie. Ook het risico op sterfte op het kalverbedrijf was lager wanneer de kalveren op 28 dagen werden aangevoerd.

Deze proef heeft een aantal duidelijke aanwijzingen opgeleverd die het idee ondersteunen dat kalveren die op een leeftijd van vier weken op een kalverbedrijf worden aangevoerd robuuster en weerbaarder zijn dan kalveren die op het kalverbedrijf arriveren op een leeftijd van twee weken. Opgemerkt moet worden dat het hier gaat om een eerste experiment naar het effect van leeftijd van aanvoer van kalveren en dat, noodzakelijkerwijs, het onderzoek is uitgevoerd op een beperkte steekproef van melkvee- en kalverbedrijven die vrijwillig aan de proef hebben meegedaan.

Lees de complete achtergronden van dit artikel in vakblad De Kalverhouder dat zaterdag 12 februari is verschenen.