Landelijke opkoopregeling ook voor kalverhouderijen

Tot nu toe was de regeling alleen voor sectoren met een stelsel van productierechten, zoals melkvee, pluimvee en varkens.

De minister wil de kalver- en geitensector opnemen in de regeling omdat die ook kunnen voldoen aan de drempelwaarde. Een ander voordeel van het meenemen van deze sectoren is dat ze over relatief weinig grond beschikken en er geen vergoeding betaald hoeft te worden voor de opkoop van dierrechten. De reductie van stikstofemissie kan op deze manier kosteneffectiever gerealiseerd worden in vergelijking met opkoop van bedrijven met dierrechten.

Een belangrijk aandachtspunt voor de minister is dat bij opkoop van veehouderijen zonder productierechten, er geen rechten uit de markt worden gehaald. De bewindsvrouw wil daarom op een andere manier borgen dat de vermindering van stikstofemissie en depositie op Natura 2000-gebieden blijvend is.

In de regeling is daarom opgenomen dat de ondernemer – op vrijwillige basis – ermee akkoord gaat niet elders in Nederland een veehouderij te vestigen, of over te nemen, en anderszins medewerking zal verlenen aan het realiseren van een blijvende vermindering van de stikstofemissie vanaf de vestiging. Feitelijk komt dit neer op een beroepsverbod na het stoppen van de activiteiten.

Voor de sectoren met productierechten geldt ook dat de regeling op vrijwillige basis is in combinatie met beëindiging van de bedrijfsactiviteiten op de huidige locatie. Schouten verwacht dat er voldoende ondernemers zijn die overwegen om te stoppen waarvoor de regeling in deze vorm voor hen uitkomst biedt.

De opkoopregeling zal door de provincies uitgevoerd worden op basis van een gebiedsgerichte opkoop van veehouderijen binnen een straal van 10 kilometer van een stikstofgevoelig Natura 2000-gebied.