Onduidelijkheid over fosfaatrechten op vleesveebedrijven

Er bestaat onduidelijkheid over de toekenning van fosfaatrechten aan vleesveehouders wanneer er op het bedrijf ook dieren worden gehouden voor de melkproductie.

Het gaat in dit geval om bedrijven die op 2 juli 2015 naast vleesvee ook runderen hadden in de categorieën 100 (melkkoeien), 101 (vrouwelijke runderen 0 tot 1 jaar) en 102 (vrouwelijke dieren 1-2 jaar) of bedrijven die (een deel van) hun vleesvee hebben aangemerkt in categorie 101 en 102.

In het wetsvoorstel met betrekking tot de fosfaatrechten staat dat het hebben van dieren in deze categorieën bepalend is voor de toekenning van fosfaatrechten. Om ervoor te zorgen dat rechten alleen aan rundvee voor melkveehouderij worden toegewezen, probeert RVO te berekenen hoeveel van de dieren in de categorie 101 en 102 bestemd zijn voor melkproductie en hoeveel voor vleesproductie. Daarvoor wordt onder andere ook de Gecombineerde Opgave 2015 geraadpleegd.

RVO heeft vleesveehouders een brief gestuurd waarin ze verwijst naar hun website waar de gegevens zijn te vinden waarop de toekenning van eventuele fosfaatrechten wordt gebaseerd. Vleesveehouders doen er goed aan vóór 1 oktober de gegevens te controleren en eventueel te reageren.

Wanneer vleesveehouders vóór 1 oktober reageren, neemt RVO de reactie mee bij de vaststelling van de fosfaatrechten. Reacties die na die datum binnenkomen, kunnen mogelijk niet meer meegenomen worden in de beoordeling. Opmerkingen moeten wel voorzien zijn van relevante bewijsstukken.

Rosékalverhouders die op 2 juli 2015 naast categorie 115, 116, 117 tevens dieren hielden in de categoriën 100, 101, 102 wordt ook geadviseerd de gegevens goed te controleren en eventueel van opmerkingen te voorzien.