Export jonge kalveren naar verre bestemmingen stilgelegd

Vanaf maandag 21 december 2016 mogen er geen jonge kalveren meer worden uitgevoerd naar bestemmingen die verder dan acht uur rijden zijn.

Dat heeft de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit vrijdag besloten. In de transportwagens zijn geen geschikte drinksystemen voor jonge kalveren, vindt de autoriteit. Voor jonge kalveren tot twee maanden oud geldt dat ze het beste kunnen drinken uit een emmer of een emmer met spenen omdat deze jonge dieren nog een zuigreflex hebben. In de transportwagens is dat volgens de NVWA niet mogelijk. Daarom zou ver transport niet verantwoord zijn volgens de Europese regels, die voorschrijven dat dieren letsel en lijden moeten worden bespaard.

Export van Nederlandse kalveren betreft vooral vaarskalveren in de eerste maanden van het jaar, zodat er minder vleeskalveren in de zomer slachtrijp zijn, en kruislingkalveren. Jonge kalveren mogen pas weer geëxporteerd worden als voor het drinkprobleem een oplossing is gevonden, aldus de NVWA.

De Dierenbescherming spreekt van een eerste succes na de start van hun publiekscampagne om het transport over lange afstanden te verbieden. De organisatie wil ook dat de import van kalveren op dezelfde manier wordt beoordeeld.

De kalversector en veetransportsector zijn verrast door de maatregel van de NVWA. Via Stichting Brancheorganisatie Kalversector (SBK) en Vee&Logistiek Nederland zal het gesprek met de NVWA aangegaan worden.