Dierenartsen en veehandelaren speelden rol bij verspreiding BVD

Waarschijnlijkheid hebben dierenartsen en veehandelaren in Duitsland een rol gespeeld bij de verspreiding van BVD virus type 2c in 2012/2013.

Dat stellen wetenschappers van het Friedrich-Loeffler-Instituut, de Landbouwkamer van de deelstaat Noordrijn-Westfalen en een veterinair onderzoeksbureau. De organisaties hebben een reconstructie gemaakt van de routes die bezoekers van de besmette bedrijven hebben afgelegd ten tijde van de jaarwisseling in 2012/2013.

De onderzoekers waren verrast hoe snel de overdracht van boerderij naar boerderij plaatsvond in januari 2013, zonder dat dieren contact met elkaar hadden. Waarschijnlijk met mest aan laarzen of kleren is de ziekte verspreid, stellen de onderzoekers. In één geval verdenken ze een mestvoertuig, dat een boer had geleend van zijn buurman, als contactmiddel.

Het resultaat van de studie toont volgens de organisaties aan hoe belangrijk hygiëne en bedrijfskleding is op veebedrijven. Op pluimvee- en varkensbedrijven is bedrijfskleding gebruikelijk maar op bedrijven met koeien nog niet.

In Duitsland raakten 21 bedrijven besmet met 5325 koeien. Vijfhonderd dieren stierven. Slechts 9,5 procent van de BVD virussen behoort tot het gevaarlijke type 2. In februari 2013 waaide de epidemie over naar Nederland via de import van kalveren. Tot en met oktober van dat jaar raakten veertien kalverbedrijven besmet.