
De stikstofnorm voor rosévleeskalveren van 0 tot 8 maanden (categorie 117) is met 5,2 kg gestegen.
De norm is verhoogd van 19,4 naar 24,6 kg N per dier. Vreemd want ook de groep 3 tot 8 maanden (categorie 116) zit op 24,6 kg, terwijl hierin alleen de productie wordt berekend van de oudere dieren. Wanneer de groep 0 tot 3 maanden (categorie 115) met een stikstofproductie van 9,6 kg en de groep 3 tot 8 maanden (categorie 116) met elkaar gemiddeld worden, komen kalverhouders uit op ongeveer 19,4 kg stikstof: de waarde die de groep 0 tot 8 maanden (categorie 117) voorheen had.
Door de vreemde verhoging met 5,2 kg krijgen rosékalverhouders op papier stikstof in voorraad die in werkelijkheid niet wordt geproduceerd. De oorzaak van de foutieve normering zit in de jaarlijkse berekening die Werkgroep Uniformering berekening Mest- en mineralencijfers (WUM) jaarlijks uitvoert. Om opnieuw de normen te bepalen, is er voor de dieren van 0 tot 8 maanden (117) een andere methodiek gebruikt dan voor de categorieën 115 en 116.
Om aan het eind van 2015 niet voor verrassingen te komen te staan, raadt mestspecialist Wiebren van Stralen van LTO Nederland aan de verantwoording voor de mestboekhouding te verzorgen via de categorieën 115 en 116. Het betreft een puur boekhoudkundige invulling en geen aanpassing van dieren in het I&R-systeem. Afhankelijk van de bedrijfssituatie kan een kalverhouder 40 procent zijn dieren met categorie 115 in de mestboekhouding verwerken en 60 procent met categorie 116. Het gemiddelde komt dan weer uit op ongeveer 19,4 kg.
Omdat het ministerie de normen voor rosévleeskalveren in de Staatscourant heeft gepubliceerd, zal er dit jaar geen wijziging meer komen. Meer hierover in vakblad De Kalverhouder die zaterdag 18 april verschijnt.
Lees ook
Meest gelezen
Agenda
-
Er zijn momenteel geen evenementen gepland