Innovatieve Belgische luchtwasser van onderzoek naar praktijk

De innovatieve luchtwasser gebruikt slechts 10 procent van het water en levert een geconcentreerde hoeveelheid vloeistof met 17 procent stikstof in de vorm van ammoniumnitraat. Deze vloeistof kan gebruikt worden als kunstmestvervanger. Traditionele luchtwassers werken op basis van zwavelzuur waarbij een grote grote hoeveelheid spuiwater ontstaat met ongeveer 3 procent stikstof in de vorm van ammoniumsulfaat.

Optimalisatie wasproces
Door optimalisatie van het luchtwasproces met salpeterzuur ontstaat er een geconcentreerde vloeistof. De operationele kosten van deze nieuwe luchtwasser zijn daardoor lager dan die van een traditionele. In een gesloten stal vangt deze luchtwasser zo’n 95 procent van de ammoniakuitstoot af.
De aanmaak van salpeterzuur kan eventueel op het veebedrijf zelf gemaakt worden met de inzet van een plasmareactor. Deze techniek is echter nog niet voldoende geoptimaliseerd voor praktijkgebruik. Idealiter gebruikt een plasmareactor stikstofgas en zuurstofgas uit de lucht en laat deze met water reageren tot salpeterzuur. De benodigde energie om de plasmareactor zijn werk te laten doen, zou van zonnepanelen kunnen komen. Met de opgewekte elektriciteit wordt het stikstof- en zuurstofgas in de lucht omgezet in een geconcentreerde stikstofoxide (NOx). Door hier water aan toe te voegen ontstaat salpeterzuur.

Vloeistof als meststof
De vloeistof die na het wassen van de stallucht vrijkomt, bevat 50 procent water en 50 procent ammoniumnitraat (met 17% stikstof). Deze vloeistof kan als meststof worden ingezet ter vervanging van kunstmest. In een interview met De Kalverhouder in 2024 gaf Hollevoet aan dat een stal met duizend vleeskalveren op jaarbasis ongeveer 30 ton vloeistof oplevert. De marktwaarde hiervan is ongeveer 5.000 euro. Hollevoet: "Met onze luchtwasser kunnen veehouders de stalemissies drastisch verlagen, terwijl ze tegelijk waarde creëren in de vorm van een circulaire meststof. Dat maakt het systeem niet alleen duurzamer, maar ook economisch aantrekkelijker dan bestaande technieken.”

Foto: Lander Hollevoet in de besturingsruimte van de luchtwasser