Milde BSE-variant aangetoond bij kadaver van koe

BSE kan voorkomen in een ‘klassieke’ variant en een ‘atypische’ variant. Een atypische variant komt zeer sporadisch voor bij oudere koeien als ‘ouderdoms BSE’. Deze variant is milder, is vooral vervelend voor de koe zelf en wordt niet veroorzaakt door het voer. Het bedrijf van de houder van het positief bevonden geval is op 30 januari 2023 door de NVWA geblokkeerd.

De NVWA voert momenteel een bron- en contactonderzoek uit. Hierbij worden nakomelingen, en dieren die hetzelfde voeder gehad hebben, en dieren die zijn opgegroeid met dit rund opgespoord gedood, getest op BSE en afgevoerd naar destructie. Omdat het atypische variant is, is daarmee deze positieve besmetting afgehandeld.

De klassieke variant is de variant die in 1986 voor het eerst gevonden werd in Groot-Brittannië. In Nederland zijn sinds 1997 achtentachtig gevallen van klassieke BSE gevonden. Hergebruik van dierlijke eiwitten in diervoer was een belangrijke oorzaak van de verspreiding van klassieke BSE in rundvee. Bij een uitbraak van deze variant moeten er aanvullende maatregelen worden genomen om risico’s voor de voedselveiligheid en volksgezondheid te beheersen.

Het rund dat nu positief bevonden is op de mildere atypische variant, is door middel van actieve surveillance opgespoord. Het kadaver van het dier is na overlijden op het bedrijf aangeboden bij Rendac waar het ook bemonsterd is. Wageningen BioVeterinary Research heeft de bemonstering geanalyseerd en de variant van BSE geconstateerd. Dit positief geteste rund is niet in de voedselketen terecht gekomen, en vormt geen risico voor de voedselveiligheid.