Kwart van aanvragers Gelderse stoppersregeling voldoet

Met alle ondernemers die zich hebben aangemeld zijn keukentafelgesprekken gevoerd. Tijdens deze gesprekken stond de verificatie van de aanvraag centraal, oftewel, voldoet de aanvrager aan de gestelde eisen in de regeling. De belangrijkste eisen in de regeling om mee te kunnen doen zijn: 75 procent van het bedrijf moet kalverhouderij zijn, de vestiging heeft een drempelwaarde van 1 mol per hectare per jaar voor de Veluwe en 10 mol voor overige Natura 2000-gebieden, de vestiging heeft een minimale totale stikstofbelasting van 17.500 mol stikstof per jaar.

Het kan voorkomen dat een aanmelding positief scoort op het tweede criterium, maar onvoldoende scoort op het derde criterium, of andersom. Dit komt doordat de gemiddelde stikstofdepositie op een andere manier naar stikstofdepositie kijkt dan de totale stikstofbelasting. De gemiddelde stikstofdepositie wordt berekend met het rekenmodel Aerius en geeft de gemiddelde depositie op het habitattype- of leefgebied weer waar de stikstofbelasting het hoogst is. Over het algemeen is dit het meest nabijgelegen habitattype- of leefgebied. De totale stikstofbelasting wordt berekend met een landelijk model en geeft de som van de depositie op alle stikstofgevoelige Gelderse natuur weer.

Wanneer deze criteria worden toegepast blijkt 25 procent van de aanmeldingen te voldoen aan de drie criteria, 20 procent is mogelijk reserve. Hierbij is het nog onduidelijk of ze wel of niet voldoen. 10 procent heeft zich ondertussen teruggetrokken en 45 procent lijkt af te vallen. Voor de stoppersregeling heeft de provincie Gelderland 20 miljoen euro uitgetrokken.