Meeste melkveehouders gestart met aanpak IBR en BVD

Van de 16.614 melkveebedrijven die vallen onder de ketenorganisatie ZuivelNL is bijna 97 procent gestart met een IBR-aanpak en bijna 98 procent met een BVD-aanpak.

Voor de IBR-bestrijding moeten zich nog 547 bedrijven aanmelden en voor de BVD-bestrijding nog 397, laat ZuivelNL weten. Van de bedrijven die deelnemen aan de aanpak is op dit moment al 74 procent vrij of onverdacht van IBR en 73 procent vrij of onverdacht van BVD.

Vanaf 1 april 2018 is de Nederlandse zuivelsector gestart met een verplicht bestrijdingsprogramma van IBR en BVD. Melkveehouders hadden zich voor die datum aan moeten melden voor één van bestrijdingsprogramma’s.

Doel van de zuivelsector is een soepele overgang te krijgen van het huidige vrijwillige bestrijdingsplan naar de verplichte landelijke regelgeving voor de bestrijding van IBR die waarschijnlijk per 1 januari 2019 in gaat. De wettelijke invoering gebeurt via een Amvb en wordt afgestemd met Brussel.

Uiteindelijk moeten de sectorale en wettelijke aanpak leiden tot het aanvragen van een Artikel-9-status voor IBR bij de Europese Commissie. Nadat de Artikel-9-status is verkregen, gelden ook eisen bij import.

BVD heeft in Europa nog niet dezelfde status als IBR waardoor er voor deze ziekte geen wettelijke verplichte aanpak komt in Nederland. Dit zou in de toekomst wel kunnen veranderen. In maart heeft de European Animal Health Regulation gesproken over het gelijktrekken van de status van IBR en BVD binnen de EU.

Wel hebben de veesectoren in Nederland onderling afspraken gemaakt over de bestrijding van BVD. Die afspraken zijn aanvullend op de BVD-aanpak van de zuivelsector.