Verplichte mestverwerking omhoog in Zuid en Oost

Veehouders in de regio's Zuid en Oost krijgen in 2017 te maken met hogere percentages voor de verplichte mestverwerking.

Dat heeft staatssecretaris Martijn van Dam bekendgemaakt via een brief aan de Tweede Kamer. In Oost gaat het verplichte verwerkingspercentage van de overschotmest omhoog van 35 procent 52 procent. In Zuid stijgt het percentage van 55 naar 59 procent.

In de rest van het land blijft de verplichte verwerking gehandhaafd op 10 procent. Over heel Nederland zal komend jaar 37,1 miljoen kilo fosfaat verwerkt worden, is de inschatting van de staatssecretaris. Hij wil dat in 2017 het complete verschil tussen de mestproductie en de plaatsingsruimte in Nederland wordt verwerkt. Dit betekent dat de mestmarkt komend jaar in evenwicht moet komen.

Tweede Kamer-lid Jaco Geurts (CDA) noemt de hogere verplichte mestverwerkingspercentages 'de wereld op zijn kop'. Het is volgens hem weer een lastenverhoging die op dit moment niet past. Liever ziet hij dat er een pas op de plaatst gemaakt wordt met het verhogen van de verwerkingspercentages.

De vastgestelde percentages zijn niet definitief voor de komende jaren. Van Dam zal indien nodig in 2018 de percentages aanpassen. De beslissing daarover baseert hij op actuele gegevens over de nationale fosfaatproductie en de plaatsingsruimte van fosfaat binnen de Nederlandse landbouw.