Brabantse mest niet meer onbewerkt op het land

Provincie Noord-Brabant wil een nieuw mestbeleid. Uitgangspunt is dat onbewerkte mest verwerkt wordt en niet meer wordt opgeslagen en aangewend.

Hiermee wil de provincie bewerkstelligen dat mest optimaal benut kan worden in de landbouw en dat de kringlopen sluiten. Tegelijkertijd worden emissies van stikstof, geur en methaan vergaand teruggedrongen en de risico’s voor volksgezondheid en veiligheid tot een acceptabel (laag) niveau teruggebracht, aldus de provincie. Mestbewerking kan deels het beste direct op het veehouderijbedrijf plaatsvinden en vervolgens in gespecialiseerde installaties op logistiek goede plekken, bijvoorbeeld een industrieterrein.

Naast het mestbeleid wil de provincie ook de omvang van de veestapel begrenzen. Het sturen op de omvang vindt plaats door groei en krimp van bedrijven bij elkaar in de buurt te koppelen. Op termijn wil Gedeputeerde Staten dat er een zekere krimp wordt gerealiseerd. De gekozen aanpak om de omvang van de veestapel te beteugelen, moet ook bijdragen aan het oplossen van de problematiek van leegstaande agrarische bedrijven, de reductie van ammoniakuitstoot en het terugdringen van overlast.

Het nieuwe beleid staat beschreven in een eerste voorstel van Gedeputeerde Staten. Medio oktober 2016 zijn de voorstellen en plannen concreet genoeg uitgewerkt zodat Provinciale Staten besluiten kan nemen. Het GS-voorstel is tot stand gekomen na verschillende dialoogrondes waarbij ZLTO, burger- en milieuorganisaties zijn betrokken.